Hoe mooi zou het zijn als jonge werknemers met een flinke studieschuld die last via hun werkgever kunnen verminderen? Het is momenteel de arbeidsvoorwaarde die de meeste aandacht trekt in het publieke debat.
Als werkgever kun je via de werkkostenregeling eraan bijdragen dat jouw werknemer zijn studieschuld (gedeeltelijk) kan aflossen. Dat is vooral voor jongeren een aantrekkelijke arbeidsvoorwaarde en voor werkgevers een mooi uithangbord voor het aantrekken van jongere werknemers.
Belastingregels als middel om gedrag te sturen
Deze mogelijkheid is weer het zoveelste bewijs dat de fiscaliteit wordt ingezet om gewenst gedrag te bevorderen. Bij mijn weten begon staatssecretaris Willem Vermeend in 1994 met het inzetten van fiscale regels (zoals de spaarloonregeling) in het kader van gedragsbeïnvloeding. Denk ook aan meer recente regelgeving zoals de fietsregeling en later de leasefietsregeling van de werkgever. Alle reden om iets te regelen voor de groep jongeren die toch al is getroffen door de invoering van het leenstelsel in 2015 als vervanger van de basisbeurs.
Deze groep wordt dubbel hard getroffen, omdat voor hen de mogelijkheid om een eigen woning aan te schaffen lastig is door zowel een dure woningmarkt als de beperking van het maximale hypotheekbedrag door de hoge studieschuld.
Beperkingen en keuzes binnen de werkkostenregeling
Er zijn inmiddels meerdere cao-partijen die geïnteresseerd zijn in het ontwerpen van een arbeidsvoorwaarde voor het aflossen van studieschulden. De werkkostenregeling leent zich hier bij uitstek voor, al biedt het geen groot fiscaal voordeel voor werknemers. De werkkostenregeling is de mogelijkheid voor werkgevers om een aantal expliciet in de wet benoemde kostenposten (zoals reis-, verblijfs- en scholingskosten, enzovoort) gericht vrijgesteld te vergoeden.
Daarnaast kunnen werkgevers gebruikmaken van een vrije ruimte van 2% van de loonsom, tot een maximum van € 400.000 (daarboven 1,18%) voor andere door de werkgever in te vullen categorieën. Behoudens de gebruikelijkheidstoets staat het je als werkgever vrij om die ruimte in te vullen met kerstpakketten, maar ook met aflossing van studieschulden, de aanschaf van warmtepompen of zonnepanelen, of wat dan ook. Overschrijd je als werkgever de vrije ruimte, dan ben je over het meerdere 80% eindheffing verschuldigd.
Die beperkte mogelijkheden dwingen je als werkgever om keuzes te maken waarbij je in elk geval de fiscale mogelijkheden benut, maar waarbij je niet te veel last wilt hebben van een 80% eindheffing.
Politieke steun voor studieschuldverlichting
Zoals vaak gebeurt met maatschappelijke kwesties, staat dit onderwerp ineens sterk in de belangstelling (mede door een artikel in Het Financieele Dagblad van 11 mei 2025) en heeft ook het dossier van de aflossing van de studieschuld via de werkgever politiek Den Haag bereikt.
CDA-Kamerleden hebben vragen gesteld over het versneld afbouwen van studieschulden, wat een positief effect zal hebben op de kansengelijkheid op de arbeidsmarkt en de starterspositie op de woningmarkt zou verbeteren. De onderliggende vraag is of de staatssecretaris bereid is om werkgevers ruimere mogelijkheden te creëren om voor werknemers fiscaal gunstige extra aflossingsmogelijkheden te bieden.
Op 11 juni beantwoordde de staatssecretaris de Kamervragen. De verruiming van fiscale mogelijkheden zou op 2 manieren bereikt kunnen worden:
- door het in de wet opnemen van een aparte gerichte vrijstelling voor aflossing van studieschulden
- door verruiming van de algemene vrije ruimte
Beperkingen en financiële obstakels
Als je de beantwoording van de Kamervragen leest, resteert weinig hoop op verruiming van de fiscale mogelijkheden. Het creëren van een extra gerichte vrijstelling voor studieschulden gaat in tegen de gedachte van de werkkostenregeling: een beperkt aantal gerichte vrijstellingen en de 'rest' eventueel aanwijzen als eindheffingsloon en onderbrengen in de vrije ruimte.
Bovendien moet voor een verruiming direct een financiering gevonden worden, die in dit geval zou betekenen dat de vrije ruimte voor alle werkgevers beperkt moet worden. Als je als werkgever geen gebruik wilt maken van de nieuwe gerichte vrijstelling, heb je echter wel te maken met die verkleinde vrije ruimte. Dat is geen prettig vooruitzicht.
Kosten en kansen van een verruimde vrije ruimte
De verruiming van de vrije ruimte als zodanig zou ook nog een mogelijkheid zijn om werknemers tegemoet te komen bij het aflossen van studieschulden. De werkgevers die deze arbeidsvoorwaarde niet in hun contracten opnemen, zijn gebaat bij een verruiming van de vrije ruimte, die dan weer benut kan worden voor andere doeleinden.
Interessant hierbij is dat de staatssecretaris aangeeft dat een verhoging van de vrije ruimte met 0,1 % de schatkist ongeveer € 26 miljoen kost. Dit is dus een kostbare zaak.
De staatssecretaris gooit in zijn beantwoording de deur nog niet helemaal dicht voor een verruiming door te wijzen dat hiervoor eerst dekking gevonden moet worden. Je hoeft echter niet gestudeerd te hebben om te concluderen dat verdere aflossing van studieschulden via de werkgever niet gaat gebeuren.
Maar goed, met een beetje geluk heb je dan ook geen studieschuld!